De Wallace drinkwaterfontein

GHM SA heeft vele objecten gefabriceerd welke heden te dagen het straatbeeld bepalen en tot stadsmonumenten zijn verheven. De Wallace is nog steeds verkrijgbaar en is op vele plaatsen ter wereld te vinden.

De Wallace fonteinen zijn openbare drinkwatervoorzieningen. Ze zijn  ontworpen door Charles-Auguste Lebourg. Deze gietijzeren sculpturen komt men overal tegen in Parijs (Frankrijk), met name langs de drukstbezochte pleinen. Ze zijn genoemd naar de Engelsman Richard Wallace, die de bouw financierde. De fonteinen zijn een esthetisch succes en staan vandaag de dag wereldwijd bekend als een van de symbolen van Parijs.

Achtergrondinformatie
Tijdens de Frans-Pruisische Oorlog had Parijs het bepaald niet gemakkelijk. De stad is echter snel wederopgebouwd, ondanks de ravage. In nog geen tien jaar is de stad een hele metamorfose ondergaan, en werden nieuwe gebouwen (o.a. Paris Opera) en boulevards (Raspail en St-Germain) in het leven geroepen. Onder de welgestelde bourgeoisie was filantropie erg in trek. Deze groep financierde talloze “goede werken” (bijv. Rode Kruis, Leger des Heils) om hun imago goed voor het daglicht uit te laten komen.

Sir Richard Wallace
Sir Richard Wallace behoorde tot de meest eclectische en gereserveerde filantropen. In augustus 1870 erft hij een behoorlijk fortuin van zijn vader en besluit hij dat alle Parijzenaren hiervan moeten profiteren. Dat maakt hem immens populair. Terwijl de stad belegerd wordt blijft hij trouw aan zijn villa in Parijs, in plaats van zijn toevlucht te nemen tot een van zijn vorstelijke landgoederen. Hij wil namelijk in Parijs zijn wanneer de stad hem nodig heeft.
Hij richt een ziekenhuis op, waar hij hoogstpersoonlijk de slachtoffers van de bombardementen opvangt en de voorraden verdeelt. En hij doet veel meer namens de strijdende Parijzenaren. Hij blijft trouw aan ‘zijn’ Franrijk, en wordt na zijn dood begraven op begraafplaats Père Lachaise.
De wereldberoemde fonteinen die naar hem genoemd zijn behoren tot zijn vele bijdragen aan het Parijse erfgoed.

Waarom fonteinen ?
Tijdens de belegering van de stad en de Commune van Parijs zijn er veel aquaducten vernietigd. De prijs voor water, die reeds hoger was dan normaal, steeg aanzienlijk. Men moest voor water betalen inclusief de armen onder hen. De verleiding om naar de drank te grijpen was erg groot onder de lagere sociale klassen. Het voorkomen van alcoholisme werd gezien als een morele plicht. Ook vandaag de dag, al zijn water en hygiëne binnen bereik van de meeste Parijzenaren, vormen deze fonteinen de enige bron waar daklozen terecht kunnen voor gratis drinkwater.
De armen zijn overigens niet de enigen die profiteren van deze fonteinen, ondanks hun oorspronkelijke doel om mensen met beperkte middelen drinkwater aan te bieden. Iedere voorbijganger, rijk of arm, kan er zijn dorst lessen.
De fonteinen van Wallace bevestigen niet alleen de levensfilosofie van Sir Richard Wallace: mensen in nood een handje helpen. Ook hebben ze de stad Parijs verder verfraaid.

Opvatting
Richard Wallace heeft de fonteinen zelf ontworpen. Deze dienden zowel mooi als praktisch te zijn. Ook moesten de fonteinen aan verschillende strenge richtlijnen voldoen:
Hoogte: zij moesten hoog genoeg zijn om van ver gezien te worden maar ook weer niet te hoog om het omringende landschap intact te laten. 

Vorm: praktisch in gebruik en plezierig om te zien. 

Prijs: betaalbaar genoeg om er tientallen te kunnen neerzetten. 

Materialen: bestand tegen de elementen, makkelijk om vorm te geven, en onderhoudsarm.
De locaties evenals de kleur (donkergroen, net als alle stedelijke ontwikkelingen uit dat tijdperk) – zij dienden een geheel te vormen met de parken en lanen - werden algauw gekozen door het stadsbestuur. Wallace maakte twee verschillende modellen. Later volgden er nog twee. Dus uiteindelijk waren er vier types fonteinen die qua hoogte en motief verschillend waren. Men koos voor gietijzer: niet duur, makkelijk om te vormen en robuust. Bovendien gold het destijds als een van de populairste materialen. Wallace betaalde de meeste kosten en de stad Parijs maakte 1.000 franc vrij voor het hoge model  (2.71 m, 610 kg) en 450 franc voor het muurmodel.

Beeldhouwer
Wallace wil het project zo snel mogelijk klaar hebben en schakelt Charles-Auguste Lebourg in, een beeldhouwer uit Nantes die hij kent en wiens talent alom bekend is. Lebourg verbetert de schetsen van Wallace, die weloverwogen zijn en tot nadenken stemmen, om er een groot meesterwerk van te maken.

Het grote model is bedacht door Sir Richard Wallace, geïnspireerd op de Fontaine des Innocents (de fontein der onschuldigen). Op een fundament van Hauteville steen rust een achthoekige sokkel met vier vrouwenbeelden (kariatiden). Ze staan met hun rug naar achteren en hun armen ondersteunen een met dolfijnen versierde puntige koepel.
Het water stroomt vanuit het midden van de koepel en belandt in een door middel van een rooster beschermde kom. Om het verdelen makkelijker te maken, zijn er door middel van een kleine ketting twee vertinde ijzeren bekers aan de fontein toegevoegd waaruit men kan drinken. De bekers bleven altijd ondergedompeld met het oog op de hygiëne. Ze zijn echter in 1952 in opdracht van de Raad van Openbare netheid van het departement Seine verwijderd, wederom met het oog op de hygiëne.
De vier vrouwenbeelden staan voor vriendelijkheid, eenvoud, naastenliefde en soberheid. Ze zijn alle vier uniek, door de manier waarop ze hun knieën buigen en hun tuniek in hun blouse wegstoppen.


Waar moeten ze staan?
De stad Parijs mocht zelf beslissen waar de fonteinen kwamen te staan. Ze moesten op praktische wijze binnen handbereik van het publiek zijn en ook moesten ze een geheel vormen met de omgeving. De meeste werden neergezet op pleinen of de kruising van twee wegen. Hierdoor werd Eugene Belgrand (waterbouwkundige, directeur van Water en Riool in Parijs; hij werkte samen met de perfect van de Georges Haussmann) verantwoordelijk voor de keuze. Het moge duidelijk zijn dat deze op geheel oordeelkundige wijze is gemaakt.

Heden
De meeste fonteinen die de stad vandaag de dag kent werken nog steeds. Ze leveren tegen alle misvattingen in nog steeds perfect drinkbaar water. Het zijn zeldzame plekken voor gratis water in de stad, tot grote opluchting van de daklozen, en een welkome uitkomst voor dorstige voorbijgangers. Sir Richard Wallace heeft zijn doel bereikt en zijn wens is hopelijk in vervulling gegaan.
De fonteinen werken van 15 maart tot 15 november (in de wintermaanden is er kans op vriezen en kunnen de leidingen beschadigd raken). Zij worden regelmatig onderhouden en om het jaar geverfd.
De fonteinen vormen een integraal onderdeel van het landschap van Parijs, typerend en pittoresk. Ze zijn net zo belangrijk als de Eiffeltoren en de straatkunstenaren van Montmartre als hun makers zouden hebben gewild. In Amélie, een Franstalige film over de glorie van de Parijse folklore gebruikt de directeur Jean-Pierre Jeunet een personage genaamd Madeleine Wallace (ze huilde als een baby, of als een Wallace fontein).

Wij produceren nu nog deze iconische drinkwaterfonein, wilt u meer informatie neem dan contact met ons op.